Reis naar Afghanistan.
Ik ben Asef Amiri en ik ben 13 jaar. Sinds mijn 4e jaar woon ik samen met mijn ouders in Nederland. Ik herinner mij niet veel van mijn geboorte plaats in Herat in Afghanistan.
Alleen de laatste tijd heb ik wat gehoord en gezien via televisie en dat was veel over de oorlog en ellende. Afgelopen zomer vakantie was het tijd om samen met mijn ouders mijn geboorte plaats te bezoeken om voor de eerste keer dichtbij mijn grootouders te komen en ze herkennen. Toen wij onderweg naar Afghanistan waren, was ik heel onrustig en de eerste dagen durfde ik niet naar buiten te gaan.
Toen heb ik van mijn grootvader de traditionele Afghaanse kleding gekregen en ik kleedde me aan zoals Afghanen in Afghanistan. Toen werd ik een beetje rustig en kon met mijn grootvader een stad bezoeken. Mensen waren druk bezig met hun werk. De kennissen van ons in Afghanistan, leeftijdgenoten van mij, vroegen over Nederland en ze vertelde over de moeilijke situatie in Afghanistan.
Ik mag niet alleen naar buiten gaan of contact opnemen met vreemde mensen omdat maffia groepen heel actief zijn en ze pakken de rijke of bekende mensen of hun kinderen en vragen geld. Bijna elke dag en bij elk bezoek vroeg men mijn ouders om voorzichtig te zijn. In Afghanistan zag ik kinderen zonder schoenen en ik zag veel mensen op straat leven en er waren ook kinderen die in de bergen leefden.
Veel mensen hebben weinig geld en ze gaan bedelen. Ik zag oude mensen die door de oorlog een arm of been verloren hebben. Naast die vervelende dingen er zijn er ook leuke dingen. Op vrijdag gaan ze vliegeren en dat vond ik heel leuk. Op vrijdags zijn veel winkels dicht en mensen gaan naar buiten naar parken, bijvoorbeeld Baghe Millat, Tachte Safar, of Pole Poshto. Op een dag mag ik een school in Herat bezoeken dat een organisatie in Nederland, “Stichting SCAN” heeft gebouwd. De school was bijna klaar en ze zijn bezig om binnen het gebouw af te werken. Ik heb een paar foto’s ervan gemaakt. Er moet ook een muur komen bij die school om meisjes te beschermen. Anders kunnen meisjes niet rustig de les volgen als veel mensen binnen het plein van school komen. Ik ben blij dat mensen in Nederland mensen helpen in Afghanistan. Scholen in Afghanistan zijn kaal, er is niks. Een school zonder stoelen en tafels kan niet. Dan krijgen kinderen les in een tent.
Ik ben heel blij dat ik in Nederland woon en naar school ga, en dat onze school stoelen, tafels, computers, boeken en nog meer dingen heeft. Ik wil aan mijn docent vragen, of het mogelijk is om op onze school een actie te organiseren voor de kinderen in Afghanistan. Dan probeer ik zelf heel actief mee te werken samen met mijn klasgenoten om geld in te zamelen voor die school zodat het heel snel klaar is en de kinderen daar onder een dak les krijgen. Ik moet ook namens mijn ouders en mijn grootouders en familie in Afghanistan de Nederlanders bedanken voor hun werk in Afghanistan.